Hoe presenteert de SVMA zich in de media

2. Hoe presenteert de SVMA zich in de media?

De laatste maanden staan de asielprocedures volop in de belangstelling van de media, bijvoorbeeld in de Volkskrant, Telegraaf en, zeer recent, de NRC. De toon is helaas regelmatig negatief, vooral wanneer de journalisten een rij van korte zittingen volgen in Dublin, bewarings of AA-zaken.

Je ziet veel minder mediabelangstelling voor de ingewikkelde zaken, die de rechtbanken losser indelen, en waarin het werk van de echte specialist vaak beter uit de verf komt. Het resultaat is een steekproef van enkele uitwassen en misstanden die wordt geprojecteerd op het werk van de totale vreemdelingenadvocatuur. Dat inspireert weer publicisten die soms de meest barre beschuldigingen loslaten op internet, tot veroordeling van asieladvocaten als "fouter dan NSB-ers" aan toe.

Het bestuur leest al deze publicaties ook en kiest voor maatwerk voor een passend tegengeluid. Komt er een reactie dan is deze er op gericht een incorrecte weergave van feiten recht te zetten, niet om te debatteren. Zo is naar aanleiding van een eenzijdige column in de Volkskrant contact gelegd met een daar werkzame journalist die interesse had om een het hele verhaal te vertellen. Ook is er geregeld contact met de Telegraaf, om ook deze krant te voeden met genuanceerde informatie over ons werk en onze cliënten. Dat leidt zeker niet tot een heel ander verhaal, maar haalt soms wel de scherpe kantjes weg. Waar een publicist volledig ontspoort, zoals in de Metro, wordt hierop via social media gereageerd. Julien Luscuere doet dat bijvoorbeeld op LinkedIn. Voorzitter van de VAJN, Wil Eikelboom, doet dat zeer succesvol (en vaak heel geestig) op Twitter.

Soms is het echter ook verstandig om even niets te doen en af te wachten. Dat gaat ook in overleg met het bestuur van de VAJN. Voor ad hoc verzoeken van journalisten staan de contactgegevens van Julien Luscuere op de website, inclusief mobiel nummer. Elke journalist van welk medium dan ook wordt altijd zorgvuldig te woord gestaan, en waar nodig geholpen aan een contact met een van de (bestuurs)leden die beter op de hoogte is van de materie, of de collega's van de VAJN.